Zonder zwemdiploma slinken je overlevingskansen,
weet de verteller in diepdiepblauw. Ze weet hoe je het hoofd boven
water houdt in een onrustige zee en dat je bij hoge golven
het beste naar de bodem duikt om het gebulder over je heen
te laten komen. Maar in het echte leven heb je aan zulke
lessen niet veel.
In haar debuutroman onderzoekt Nikki Dekker wat we van
de dieren onder water kunnen leren over liefde en identiteit.
Ze zet alikruiken tegenover onenightstands, de blobvis naast
het schoonheidsideaal en duikt in de wereld van geheimzinnige
platvissen, homoseksuele zeehonden en zelfbewuste
poetslipvissen.
diepdiepblauw is een rijke essayistische roman
over het onstuitbare verlangen naar onbekende plekken, naar andere
levens en naar het water dat je altijd zal dragen.