In Mali blues reist Lieve Joris van Senegal via Mauretanië naar Mali, landen die getroffen zijn door droogte, rebellenopstanden en etnische conflicten. Maar de Afrikanen die zij onderweg ontmoet zijn overlevers, die met enige vernuft traditie, magie en moderniteit combineren. In het stadje Podor aan de rivier de Senegal houdt Amadou nachtelijke demonstraties voor betere tv-beelden. De vader van de Malinese filmmaker Abderrahmane Sissako heeft zich na een leven als topambtenaar teruggetrokken in zijn geboortedorp om rijst te verbouwen. En dan is er de Mauretaanse Sass, die in Parijs sociologie heeft gestudeerd maar geboren is in een tent en er niet in slaagt aan zijn nomadische achtergrond te ontsnappen. Al deze personages beseffen dat ze niet langer op hun machthebbers hoeven te rekenen, dat niemand iets voor hen zal doen als zij er niet zelf voor vechten. Bij die strijd leggen ze een grote persoonlijke moed en humor aan den dag.
Hoogtepunt in de bundel is het verhaal over de Malinese zanger Boubakar Traoré, dat de Zwitserse cineast Jacques Sarasin inspireerde tot de film Je chanterai pour toi.
'