Historische roman in de stijl van Hella Haasse.
Normandië, Frankrijk, de zestiende eeuw. Sieur Jean, opgroeiend op een eenzaam kasteeltje in Normandië met een krankzinnige moeder en een oude meid, weet niet wie zijn vader is. Is zijn voogd die vader... of toch de broer van die voogd? Zijn moeder zou het geheim kunnen ophelderen, maar haar geest is te ver afgedwaald. Jean zoekt zijn weg in het leven: hij reist te paard naar Rouen en Parijs en neemt deel aan een veldtocht in het Oosten die dramatisch afloopt. Intussen laat zijn voogd een onderaardse doolhof aanleggen, met nissen vol aangeklede geraamten, kaartend, minnekozend, duellerend, enzovoort. Bewaart deze doolhof een familiegeheim?
Marianne Philips (1886-1951) was een Nederlandse schrijfster van Joodse afkomst. Tijdens de Tweede Wereldoorlog moest ze onderduiken. Later, als lid van de Sociaal-Democratische Arbeiderspartij, schreef ze vaak fictie met een politieke inslag. In 1950 schreef ze het Boekenweekgeschenk (toen dat nog gekozen werd uit anonieme inzendingen), ‘De Zaak Beukenoot’, over klassenjustitie in Nederland. Van 1951 tot 1975 bestond er een Marianne Philips-prijs. Haar beknopte oeuvre bestaat uit vooral psychologische romans en novellen.