‘Ze hoorde de zee ruisen, zag zichzelf emmers water sjouwen en om pillen smeken.
De zesde verdieping, dacht ze. Wat moet ik hier.
De psychiater uit een ver verleden, de mislukte rotgans op de muur, de doorgedraaide vrouw in badjas, ze hoorden hier allemaal thuis – behalve zijzelf.’
Een hemel zonder schroeven is het aangrijpende verhaal van Maria, die wordt opgenomen omdat ze niet meer voor zichzelf kan zorgen. Wanhopig klemt ze zich vast aan wat haar dierbaar is: de natuur, haar tekenspullen, haar huisje. Ze heeft het al eens eerder meegemaakt. Zichzelf kwijtraken – dat laat ze niet
nog een keer gebeuren.
Een hemel zonder schroeven is een roman over het verlangen naar thuiskomen. Te mogen zijn op de plek waar je hoort, waar niemand je meer gevangen kan houden.
Een eerlijk en schaamteloos verhaal over vervreemding, sterfelijkheid en de troost van woorden.