Het imperialisme, de wereldoorlog en de sociaal-democratie (1915) is een bundel essays die gaan over de consequenties die de Eerste Wereldoorlog zou hebben voor de internationale arbeidersbewegingen. In de eerste twee stukken stelt Gorter dat de oorlog het resultaat is van het imperialisme. In het derde stuk roept Gorter alle Europese arbeiders op om in opstand te komen tegen de imperialistische bourgeoisie. Ook zouden alle arbeiders het kolonialisme moeten verwerpen. In het slotstuk analyseert Gorter de imperialistische aspiraties van Duitsland.
Herman Gorter (1864 – 1927) was een Nederlands dichter. In zijn vroege carrière maakte hij deel uit van de Tachtigers, een groep kunstenaars waar onder andere Willem Kloos, Albert Verwey en Frederik van Eeden bijhoorden. Deze dichters keerden zich tegen de ‘predikantenpoëzie’ van destijds en hielden er geheel een apolitieke, esthetische poëtica op na. Gorter raakte echter steeds meer betrokken bij de politiek en werd overtuigd communist. In 1909 was hij een van de oprichters van de Sociaal-Democratische Partij, die later de Communistische Partij zou worden. Als dichter is hij vooral bekend geworden door zijn zeer lange gedicht Mei (1889).