(8)

Maar ik hield al wel van je

Livres numériques et audio


In september 2005, drie weken na haar bruiloft, krijgt Marjolijn

de Cocq haar eerste miskraam. Ze stort van een hoge top in een

diep dal – en er zullen nog drie miskramen volgen. In die jaren

ondervindt ze hoe moeilijk het is om erover te praten en hoe

goedbedoelde reacties vaak verkeerd vallen. Mensen schrikken

als ze het vertelt. Ze wil ze hun ongemak besparen. En ze wil

zichzelf hun ongemak besparen.

Gebaseerd op de dagboeken die ze bijhield, schrijft De Cocq nu

een persoonlijk essay over haar verdriet, en over het geluk van

de twee kinderen die er wel mochten komen. Over pijn, over

onbegrip, over schuldgevoel en eenzaamheid.

Jaarlijks krijgen 11,5 op de 1000 vrouwen een miskraam – en

dat zijn alleen de geregistreerde gevallen. Geen miskraam is

hetzelfde. Iedereen ervaart haar of zijn eigen leed. De Cocq laat

in Maar ik hield al wel van je zien dat er niet hoeft te worden

gezwegen en geslikt en weggestopt en gerelativeerd. Op sensitieve

en ontroerende wijze gaat ze het taboe op miskramen te lijf.