Arie Kok vertelt in ‘Biografie van de Noordzee’ de geschiedenis van de zee in twintig verhalen waarin mensen centraal staan. Van koning Knoet tot Michiel de Ruyter, van de watergeuzen in Den Briel tot de vissersopstand van Oostende, van de gevolgen van de Sint-Elisabethsvloed en de Watersnoodramp, tot het ontstaan van het reddingswezen.
Zaterdag 31 januari 1953. Een immens stormveld stevent recht op de Nederlandse kust af. In het Zeeuwse Oosterland luisteren Adri en Bets Verhage naar het weerbericht, ze gaan nietsvermoedend naar bed. De volgende ochtend worden ze gewekt door een kreet: ‘De dijk is doorgebroken!’ Even later zien ze het water de straat inlopen, in de middag staat het al bovenaan de zoldertrap. Adri en Bets staan in een lange traditie van kustbewoners. Vissermannen, kooplieden, kaapvaarders, reddingswerkers, zeeschilders en waterstaatsingenieurs, allemaal leefden ze met het water. En de zee leefde met hen.