`De wereld van Frank Koenegracht is niet vrolijk, maar er valt gelukkig wel veel te lachen, is het treffende motto van de dichter zelf. Zijn gedichten zijn vaak geestig en de werkelijkheid loopt er `op een prettige manier uit de hand. Maar ook is hij diepzinnig en teder:
Misschien gaat het sneeuwen
maar ik denk van niet
aangezien het dooit.
Als het vroeger sneeuwde begon soms iemand
ineens te zingen: het sneeuwt, t zijn ijle vlinders
die dansen door de lucht.
Nergens zijn Koenegrachts gedichten overemotioneel, of gewild geleerd, of plat humoristisch altijd is zijn werkelijkheid vreemd en pijnlijk. 'Wij zitten geen straf uit we lopen vrij rond./ We hebben vrij wandelen gekregen.' Of om met criticus Piet Gerbrandy te spreken: 'Het wordt tijd dat ook de rest van de Nederlanden het belang van Koenegrachts werk erkent'.