Brabander Koen de Kort (33) zag de Tour de France
in 1996 door zijn woonplaats Liempde razen en besloot
wielrenner te worden. Zijn missie slaagde en via
dubieuze buitenlandse ploegen als Liberty Seguros
en Astana kwam hij terecht bij zijn huidige ploeg
Giant-Alpecin.
Veel aspecten in het wielrennen zijn voer voor discussie.
Of het nou de veiligheid is van de renners, de
lange, voorspelbare en slaapverwekkende koersen of de
eeuwig terugkerende woorden over doping in de sport.
Iedereen lijkt de oplossingen te weten, maar de renner
wordt nauwelijks iets gevraagd.
De Kort vond zijn weg als superknecht en regisseur
en droeg zo bij aan de successen van teamgenoten als
Marcel Kittel, John Degenkolb en Tom Dumoulin. Hoe
sterk is hun band? Vindt hij dat hij genoeg wordt beloond?
Is het leuk om knecht te zijn? Maar vooral, wat
kan er veranderen om het wielrennen verder te helpen.
Het afgelopen seizoen volgde Thomas Sijtsma Koen de
Kort. Tijdens de Tour de France trokken ze zelf drie
weken lang met elkaar op. Uren spraken zij over zijn
leven als coureur en zijn visie op de problemen en de
toekomst van de sport. Koen de Kort is een renner met
rede.