Een surrealistisch verhaal waarin droom en werkelijkheid, heden en verleden opgaan in de doodse stilte van een desolate ijstijd.
Historicus Dr. Henrik Oudeman reist naar Leede om zijn zeventigste verjaardag te vieren in het Veluwedorp waar hij als veertienjarige zijn eerste schuchtere liefde beleefde met de twaalfjarige Benny.
Vanaf het moment van zijn aankomst wordt hem pijnlijk duidelijk dat hij op zoek is naar iets dat niet meer bestaat en in de vorm waarin hij het zich herinnert misschien wel nooit bestaan heeft. Zo raakt na Henriks aankomst in Leede de tijd uit zijn voegen: klokken gedragen zich vreemd, computerprogramma's raken in de war en Henrik komt tijdens zijn wandeling door het dorpscentrum terecht in een café waar de tijd heeft stilgestaan. Dit alles culmineert in een surrealistische climax waarin droom en werkelijkheid, heden en verleden opgaan in de doodse stilte van een desolate ijstijd.
Harry van den Bouwhuijsen schreef in een ver verleden korte verhalen, gedichten en radioteksten. Na zijn studie Geschiedenis en Culturele Antropologie publiceerde hij over cultuurtheorie, antropologie van de wetenschap, de geschiedenis van Suriname en de geschiedenis van het terrorisme. Met de verhalenbundel Verdi prati. Drie verhalen keerde hij terug tot zijn oude liefde en maakte hij zijn literaire debuut. Terug naar de ijstijd is zijn eerste roman.