Drie gewone jongens. Dat leken we tenminste. Brave jongens, en niet omdat we deden alsof; we waren altijd al braaf en beleefd geweest, nooit arrogant. Onze wereld begon en eindigde bij ons drieën: we waren geboren en getogen op hetzelfde lapje grond, een buurtje met zestien gezinnen dat bekendstond als de Aurora, vanwege de straat die er dwars doorheen liep. Samen hadden we de kleuterschool, de basisschool en de middelbare school doorlopen en zo zou het in de toekomst ook gaan, dat hadden we gezworen. Niets zou ons ooit kunnen scheiden.
In de bergen van het Italiaanse Calabrië besluiten drie schoolgaande vrienden de armoede in hun leven te ontvluchten. Luciano, de slimste van het stel, kwam er al op jonge leeftijd alleen voor te staan toen de maffia zijn vader vermoordde. De wat luie en gemoedelijke Luigi kreeg van huis mee dat het geen zin heeft om je aan de regels te houden. De derde vriend, de drijvende kracht, vertelt hun verhaal - over hoe zij als jonge jongens opgroeien in het 'thuis' van de 'Ndrangheta, waar kinderen aanvankelijk ogenschijnlijk kleine vergrijpen plegen, maar langzaam afglijden naar de harde, criminele werkelijkheid.