Als een stoere visser loopt Jos naar het kanaal. Een stuk verderop is de brug.
Daar kan hij goed vissen. O kijk! Er komt een boot aan! De schipper staat op het
achterdek.
‘Japke!’ hoort Jos de schipper roepen.
Opeens ziet Jos een meisje. Het meisje ziet Jos ook. ‘Hoi!’ roept ze.
Jos steekt zijn hand op.
‘Ik kom bij je!’ roept het meisje weer. Ze springt zo van het schip op de steiger.
Even later staat ze naast Jos. ‘Wat doe je?’ vraagt ze nieuwsgierig.
‘Eh ... n-niks’, stottert Jos. ‘Ik ga vissen.’
‘Leuk’, zegt Japke. ‘Zullen we samen vissen?’
Jos krijgt er een kleur van. Nu heeft hij opeens toch een vriendje!
Als Jos gaat vissen ontmoet hij een leuk meisje: Japke. Japke woont samen met haar vader
op de Waterlelie, een mooie woonboot.
Jos en Japke worden dikke vrienden. Samen beleven ze allerlei avonturen: ze zorgen voor
zieke dieren, ze gaan bij elkaar logeren, ze vieren dat de school vijftig jaar bestaat en …
ze komen een dief op het spoor!
Een gezellig voorleesboek, dat ook geschikt is om zelf te lezen voor kinderen vanaf 8 jaar.