McQuade had het paard gestopt. Zijn zoekende, wakkere blik gleed over de rivier en de heuvelruggen daarachter, boorde zich in de inkepingen tussen de heuvels en scande het struikgewas dat overal groeide. Elk zintuig van de premiejager werd tot het uiterste opgerekt. Hij hield het geweer in zijn rechterhand, het stond met de kolfplaat op zijn dij.
De detonatie was vervaagd. McQuade had het geluid van het schot gevolgd. De stilte die hem nu omringde was bijna beklemmend. Zelfs de vogels in de oeverstruiken waren stil. Doodse stilte ...
Bijna een minuut lang luisterde McQuade. Hij voelde zich ongemakkelijk, want hij had het gevoel alsof hij op een presenteerblaadje werd aangeboden. In dit land was de dood alomtegenwoordig. Uiteindelijk dreef hij zijn paard de dijk af en stuurde het de rivier in. Het dier snoof onwillig. Midden in de rivier kwam het water niet eens tot zijn buik. Uiteindelijk stampte het vierbenige paard terug op het droge. McQuade liep naar een kloof in de heuvels. Een paar minuten later bevond hij zich tussen de flanken van de heuvel, die steil omhoog zwenkte. Rotsen rezen sporadisch uit de grond, doornige coma's groeiden aan hun basis. Op de hellingen lag puin, maar er waren ook eilanden van glinsterend zand en gebieden met verdord gras.