De Zwitsers-Nederlandse auteur Menno Kalmann vertelt het verhaal van zijn Joodse familie in de twintigste eeuw aan de hand van zijn halfbroer Michael, een jongetje dat concentratiekampen overleefde, samen met zijn moeder op de Palestinalijst kwam te staan en aan het einde van de oorlog ‘geruild’ werd tegen Duitse krijgsgevangenen in Palestina.
Deze roman laat zien hoe de Tweede Wereldoorlog mensen bijeenbracht en weer uit elkaar joeg, hen elke regie over het leven ontnam en hoe de eigen overlevingsdrang hen overleverde aan de grillen van het lot. De vader van Michael verliest hem tijdens de enorme Exodus van statenloze Joodse vluchtelingen uit het oog en beweegt op afstand hemel en aarde om zijn vrouw en zoontje uit de kampen te krijgen.
Dat Michael en zijn moeder het uiteindelijk overleven is deels te danken aan toeval en bizarre gebeurtenissen waardoor het verhaal trekken van een thriller krijgt.
Het verhaal begint bij de grootvader van Michael, de literator Georg Hermann, die aan het begin van de 20e eeuw wereldberoemd is, bevriend met o.a. Thomas Mann en Sigmund Freud. Hij geeft overal ter wereld lezingen, en diens boeken bereiken miljoenenoplages. Kalmann weet op meesterlijke wijze de verschillende familielijnen in en uit elkaar te vlechten in een verhaal over de kracht en zwakte van de verschillende personages.
anja
28-10-2024
Heel duidelijk weergegeven
Anoniem
20-9-2024
Fantastisch boek.
Anoniem
13-9-2024
Prachtig boek. Heel mooi geschreven èn voorgelezen. Aanrader !
Om een recensie te schrijven, moet je de app downloaden