Joseph Conrads leven laat zich grofweg in drie episodes duiden: zijn jeugd in Polen, zijn ouderdom in Engeland en daartussenin zijn jaren op zee. Jaren waar hij als kind al naar verlangde: hij liep op zestienjarige leeftijd van huis weg om scheep te gaan. Zijn Engelse jaren vulde hij vervolgens met schrijven over de zee.
De zee, een spiegel is een weerslag van de immense passie van de grote schrijver Conrad; de zee was eerst zijn droom, toen zijn leven en vervolgens zijn herinnering. Dit boek houdt het midden tussen een praktische gids, een herinneringskunstwerk en een levenshandleiding. De zee en alles wat ermee te maken heeft kan zich verheugen in Conrads grote liefde en precieze aandacht. De havens, het lossen, de winden, de kapiteins, het eerste commando, het vermist raken van schepen, de lading, het vertrek, windstiltes - in De zee, een spiegel zijn ze zonder veel moeite te duiden als begrippen die de nautische context overschrijden.
Conrads zee is zowel vriend als vijand, zowel betoverend en onweerstaanbaar als onpeilbaar wreed, het toneel van zowel grote avonturen als de eeuwige strijd tussen mens en natuur.