In 1974 verscheen een merkwaardig boek: een roman bestaande uit zeven verhalen die zich afspelen in Rotterdam in het jaar 1968, waarin telkens een zekere Loesberg de hoofdpersoon is. De leeftijd van Loesberg verschilt per verhaal, maar zijn karakter is steeds gelijk: hij haat zijn soortgenoten, vooral de middelmatige en burgerlijke exemplaren, en maakt daarin geen uitzondering voor zijn ouders, echtgenote, vrienden en collega-bejaarden.
Enige defecten is, bijna veertig jaar na verschijnen, nog altijd een verontrustend boek: Loesberg is een begenadigd stilist en een messcherpe observator. Zijn ongeëvenaarde misantropie en niets en niemand ontziende mensenhaat doen boeken als die van Houellebecq verbleken tot een tripje naar de Efteling.