Ik herinner me het moment nog goed. We keken uit over zee, toen Anna me een vraag stelde.
‘Als ik iets vreselijks deed, zou je dan nog steeds van me houden?’
Wat zou jij gezegd hebben? Anna was de vrouw van mijn leven. Over drie weken gingen we trouwen. Natuurlijk hield ik van haar, wat ze ook op haar geweten zou hebben. Tenminste, dat dacht ik. Maar ze begon zenuwachtig in haar tas te rommelen en liet me een foto zien. ‘Dit komt door mij.’
Ik staarde naar haar geheim, verbijsterd, en wist dat onze levens voorgoed veranderd waren. Geschokt stond ik op en vertrok, zonder nog een woord te zeggen.
Toen ik terugkwam was Anna verdwenen. Sindsdien ben ik naar haar op zoek.