Klein geluk zoekt en vindt het geluk in Amsterdam,
in het Amsterdam van toen en het Amsterdam
van nu. Dat geluk kan schuilen in een eindje
rails of in het Blauwe Uur, in een ontmoeting in
de supermarkt, een ritje met de tram of een bezoek
aan ‘het café waar ik kom sinds ik weer in
het café kom’. Guus Luijters brengt de stad in
kaart en onderzoekt het wezen ervan, zoals dat
opgeslagen ligt in haar straten en pleinen, haar
grachten en bruggen en de rivier. Iedere dag,
want de stad is nooit af.
‘Heel zorgvuldig en zonder sentimenten opgeschreven.’ **** De Volkskrant over Lege stad
‘Guus Luijters geeft ook de lezer weer zijn eigen jeugd cadeau.’ ****
Het Parool over Lege stad
‘Waarom lezen mensen gedichten? […] Koop de dichtbundel van Guus Luijters en dan weet je het. Voor de rest van je leven.’ Friesch Dagblad over In de spiegel
Reacties op Klein geluk in Het Parool:
‘Ik ben dol op die mooie stukjes.’
Jeroen Krabbé
‘Ik geniet dagelijks.’ John Jansen van Galen
‘Prachtig.’ Twan Huys