Mestopes, 1877. Op zomerverlof in de grote stad ontmoet de jonge officier Gaspar Szabó de intrigerende Lyssa Boktani. Als vrouw van een rijke intellectueel introduceert zij hem in de hogere kringen van de Mestopische elite. Gaspar droomt ervan haar weg te kapen van haar man Viktor, een schuwe mensenhater. Intussen broeit er in de zonnige straten van Mestopes een ziekte die van mensen beesten maakt. Een reeks ongelukken zorgt ervoor dat Gaspar de mysterieuze Viktor daadwerkelijk ontmoet en de zomer in het teken komt te staan van de grote drie: liefde, vriendschap en de dood.
Lyssa is een ode aan de romantiek, aan de negentiende eeuw en aan het kostuumdrama in het algemeen.