Ned Colton pareerde het span paarden voor de winkel in Canyon, een klein stadje in Palo Duro Canyon twintig mijl ten zuiden van Amarillo. Het knarsen van de wielen in het enkeldiepe stof van Main Street viel stil. Een zacht gerinkel van de bitketting was te horen. Het paard zwiepte met zijn staart in een poging de bloedzuigende paardenvliegen op zijn flanken te verjagen.
Het was nauwelijks druk in de straat. Een paar voorbijgangers bewogen zich langs de twee randen van de weg. De trottoirs aan beide kanten waren vaak onderbroken. Canyon was gebouwd zonder bijzondere structurele orde. Aan de rand van het dorp stonden hokken met schapen, geiten en koeien. De geur van urine hing in de hete lucht.