Cyrus woont in een vieze, kleine kamer in een gedeeld appartement in Indiana met een stapel vuile was en te laat ingeleverde bibliotheekboeken als zijn enige bezittingen. In de ledige uren sinds hij de drank heeft opgegeven, is hij vooral bezig met nadenken over schrijven en het niet doen. Zijn moeder stierf jaren geleden toen het passagiersvliegtuig waarin ze zat werd neergehaald door de vs, zijn vader is er ook niet meer; in de gedichten die hij schrijft gaat hij op zoek naar de wortels van zijn Iraanse achtergrond. Wat hij eigenlijk wil, is sterven. Het ultieme martelaarschap bereiken. Dat zit in de Iraanse aard, stelt hij.
Zwalkend door het leven, op zoek naar de focus die zijn kunstenaarschap mist, hoort hij over de Iraanse kunstenares Orkideh die in het Brooklyn Museum in New York een performance opvoert: Death-Speak. Haar laatste weken en dagen brengt ze door in het museum. Terwijl ze sterft aan kanker, kunnen bezoekers met haar praten. Dit is wat hij nodig heeft. En hij neemt het vliegtuig naar New York. Maar de gesprekken die hij met Orkideh voert, brengen hem niet dichter tot de dood, maar het leven.
Vertaald door Hans Kloos.