Zes jaar lang was Job van Ballegoijen de Jong een schijnstudent. Uit angst zijn omgeving teleur te stellen loog hij het ene na het andere behaalde tentamen bij elkaar. Toen iedereen dacht dat hij bijna was afgestudeerd, stond er slechts een handvol studiepunten op zijn naam.
Job vertelt openhartig en zonder zichzelf te sparen over zijn leven in de leugen. Hij neemt ons mee naar het Leiden van 2003, waar hij als jonge homoseksuele student zijn weg en uiteindelijk zichzelf verloor. Hij laat zien hoe liegen voor hem een tweede natuur werd en hoe moeilijk het was om er vervolgens weer mee te stoppen. Daarbij houdt hij ons ook een spiegel voor: we liegen immers allemaal, en in onze prestatiemaatschappij is het heel verleidelijk om de waarheid af en toe in ons voordeel te verdraaien.
Morgen vertel ik alles is een bloedeerlijk verhaal over vallen en weer opstaan, over liegen, over fouten maken en vergeven worden. En over hoe iedereen, altijd, een tweede kans verdient.