Kijk vanuit de ruimte naar onze planeet, waar dinosaurussen rondstapten en nu mensen krioelen, vernuftig genoeg om de hele aarde te vernietigen. Met zo’n blik heeft Herman Hissink bijna honderd jaar geleefd, ondanks wereldoorlogen en catastrofale natuurvernietiging vasthoudend aan het geloof dat Mozart geen toeval was. En dat er een evolutionaire mutatie van de mens moet komen voor het te laat is.
Dit geloof is de kern van Hissinks dagboeken en brieven, waarin hij zijn ervaringen en waarnemingen beschrijft, vaak woedend, altijd met hartstocht – of het nu gaat om zijn natuurliefde, zijn tocht door de vuurzee van het gebombardeerde Haagse Bezuidenhout of zijn ezelreizen door de Griekse bergen.
'Natuurlijk bestaat God' is een fascinerend persoonlijk verslag van de twintigste eeuw, met metafysica als motor van maatschappijkritiek.
Herman Hissink (1915–2011), geboren en getogen in Den Haag, hield tijdens de Tweede Wereldoorlog, betrokken bij verzetswerk, een oorlogsdagboek bij. Van 1944 tot 1980 was hij leraar Nederlands aan het Haagse Sorghvliet-gymnasium. Met tientallen toneelregies en gezamenlijke kampeertochten door ruige Griekse natuur zette hij zijn stempel op generaties leerlingen.
Gerard Koolschijn (1945), die de selectie maakte, vertaalde veel Griekse literatuur en schreef de roman 'Geen sterveling weet'.