Meestal sliepen ze in een kast, onder de trap, omdat die kast de enige plaats was waar het rustig was.
George sliep, maar niet rustig. Hij droomde hoe hij B & W op een intelligente manier de kop afhakte en Annie sliep helemaal niet. Die lag op haar rug met de ogen open. Ze zag terug op haar leven, waarover op een middag definitief het doek was gevallen: twee meisjes die, in de stoelen gezeten, ellebogen op de leuningen, haar de dood hadden aangezegd. Omdat die stoelen wat diep waren, en de meisjes klein, leken die zijwaarts geheven armen net vleugeltjes, en die meisjes net engelen. 'U mag er met niemand over praten. Zelfs niet met uw beste vrienden.'