Historisch verhaal over het leven en huwelijk van Jonathan Edwards
De zendeling was zo vurig aan het bidden, dat zelfs zijn hoofd meebewoog. Had dat op de giftige slang die uit een holle boomstam tevoorschijn kwam eenzelfde uitwerking als de fluit van een bezweerder? Drie keer liet hij het vijandige geratel van zijn achterlijf horen en richtte zich op om toe te stoten. Toen zakte zijn kop op de grond en gleed hij weg. De dorpsbewoners hadden zoiets nog nooit meegemaakt. Het zette hun leven op z'n kop. Plotseling ging een deur open. Een deur waarop de zendeling jarenlang had gebeukt.
Zulke verhalen kenmerken dit boek over de Amerikaanse predikant Jonathan Edwards (1703-1758) en zijn gezin. Na de Grote Opwekking in Northampton krijgt hij de opdracht te gaan werken onder indianen in het afgelegen (en geestelijk duistere) oord Stockbridge.
Dit boek is gebaseerd op originele documenten en dagboeken. Hieruit blijkt dat Jonathan Edwards zijn werk niet zonder de toewijding en adviezen van zijn vrouw Sarah had kunnen doen. Met haar had hij een ongewoon, maar ook mooi huwelijk. Het echtpaar hield steeds de grote opdracht voor ogen: de verkondiging van het Evangelie. Daarmee lieten ze hun licht schijnen in duistere plaatsen.