Een betoverende roman over een onmogelijke lotsbestemming
India, 1995. Charlotte Bridgwater bewoont met haar inmiddels dementerende vader en nog één trouw personeelslid een grote, vervallen villa in Rampur. In betere tijden werden hier feesten gegeven en kon de luxe niet op, maar nu moet ze de eindjes aan elkaar knopen.
Madan is van bedelaarskind uitgegroeid tot een zeer getalenteerd kleermaker die – dankzij zijn bijzondere, bijna bovennatuurlijke gave – de schitterendste japonnen maakt voor dames uit de gegoede families ter gelegenheid van een op handen zijnd gala. In het grote huis van Charlotte huurt hij een kamer – tegen haar zin, want ze wil liever geen mensen over de vloer – om in de snikhitte die de uitblijvende moesson veroorzaakt, de japonnen te maken.
Tussen de gereserveerde, eenzame Charlotte en Madan – die niet kan praten ontstaat al snel een grote aantrekkingskracht; zij blijken woordloos te kunnen communiceren. Dat biedt ze weliswaar veel troost, maar het jaagt ze ook schrik aan, want lands- en standsverschillen worden niet zomaar uitgewist. Als stukje bij beetje de geschiedenis wordt ontrafeld blijkt hun liefde wortels te hebben tot ver in het verleden …
Threes Anna zet in haar grootste roman tot nu toe een aantal onvergetelijke karakters neer, tegen een achtergrond van bijna een eeuw Indiase geschiedenis.
De pers over Wachten op de moesson:
'Threes Anna beschrijft India op zo’n manier dat je de rauwheid aan den lijve ervaart en de verzengende hitte denkt te voelen.’ – BOEK
'Threes Anna verweeft de levens en karakters op meesterlijke wijze tot een prachtig droevig liefdesverhaal.’ – L’Officiel