âJij,â zegt Wisper zachtjes. âJij moet de Verwisselaar gaan vangen.â
âIk?â Anders voelt zijn hart een slag overslaan.
âW-Waarom ik?â
âOmdat jij krachten hebt, die niemand anders heeft.â
Anders kan als Wisselaar van leven ruilen met anderen, die zijn hulp nodig hebben.
Maar dit keer hebben de Wisselaars zĂŠlf zijn hulp nodig. Anders moet op zoek naar een Verwisselaar: iemand die niet terug wilde ruilen en zo het leven van een Wisselaar heeft gestolen. Maar daarbij komt hij zelf in groot gevaarâŚ