Gedurende vele jaren leerden Bulgaarse zigeuners beren dansen. Met de val van het communisme kregen ook de beren hun vrijheid. Bij stress of onverwachte situaties echter schieten ze in een oude reflex en gaan op hun achterste poten staan, klaar om een kunstje te vertonen.
Tijdens zijn journalistieke reis door onder meer Polen, Albanië en Bulgarije tekent Witold Szabłowski de intrigerende verhalen op van mensen die vrij zijn, net als de getemde beren, maar nog vaak verlangen naar de communistische tijd. Zo ontmoet hij verstokte aanbidders van Stalin in diens geboortehuis, en een Oekraïense geestelijke voor wie de Europese Unie een duivelse verleider is.
Dansende beren is een fascinerend, metaforisch boek over grote maatschappelijke omwentelingen, waarbij mensen hun weg moeten zien te vinden in een nieuw sociaal en politiek landschap. Verweesd kunnen velen zich daarbij voelen, net als de beren zonder hun baas.