Met zijn zeer korte verhalen wandelt Warner van Wely het Nederlands literair toneel op als een overdonderende verrassing. Zijn teksten werken in onderling contrast: hyperrealisme versus surrealisme, droom versus kritiek. Gemakkelijk samen te vatten is wat hij doet niet. Een resumé van iets wat soms niet langer is dan 100 woorden? De verhalen van Van Wely hebben de opmerkelijke neiging na lezing uit te dijen en het brein nog lang bezig te houden. Proza met een hoog soortelijk gewicht en toch niet zwaar op de hand of ingewikkeld. Een boek waarin de lezer kan rondwandelen als in een tuin. Voor een kort moment, langs twee of drie beelden, gedachten, of in een lange wandeling.
Van Wely biedt verhalen voor de lezer die de behoefte heeft op een tekst te kauwen zonder aan een dik boek te beginnen: een schrijver die zelf al de moeite heeft genomen om wat niet per se van belang is weg te laten. Wat overblijft is een 'Zeer Kort Verhaal met een Zeer Lange Nasleep'.
'Joris van Hemeldonder had een aanslag van de belasting gekregen die van geen kanten deugde. Hij zette zich aan een bezwaarschrift in negen punten, maar bij het derde punt viel hij in slaap. Hij droomde van een hardloopwedstrijd waarbij de traagste loper tot winnaar werd uitgeroepen. Hijzelf liep slechts een paar millimeter in een uur, maar dat was een lachertje als je het met de echte kampioenen vergeleek. Toen hij wakker werd miste hij de laatste lichting, daarna was de bezwaartermijn verstreken.'