Fernando Pessoa werkte ruim twintig jaar, tot aan zijn dood in 1935, aan een project dat zijn omvangrijkste prozageschrift zou worden: Boek der rusteloosheid. Het werk bleef onvoltooid en werd pas 47 jaar na zijn dood voor het eerst uitgegeven. In 1990 verscheen een keuze hieruit in Privé-domein. Deze nieuwe, door Harrie Lemmens geheel herziene en flink uitgebreide vertaling volgt getrouw de laatste Portugese uitgave.
Het boek der rusteloosheid is het dagboek van een hulpboekhouder in Lissabon, Bernardo Soares. Alles wat hij heeft genoteerd vormt een scala van fragmenten; het zijn aantekeningen, overpeinzingen, beschouwingen. Zo quasi-kalm en -rustig als de dagen van deze klassieke klerk zich op kantoor aaneenrijgen, zo rusteloos wordt zijn bestaan zodra hij achter het schrift zit waarin hij zijn literaire notities maakt of wanneer hij door de straten van zijn absolute universum, Lissabon, dwaalt. Met deze Bernardo Soares voegde Pessoa een nieuwe, intrigerende 'heteronieme' persoonlijkheid aan de Portugese literatuur toe. "Mijn semi-heteroniem Bernardo Soares," schreef Pessoa zelf, "verschijnt telkens als ik moe of slaperig ben, zodat ik me tijdelijk minder laat leiden door verstandelijke overwegingen en remmingen: dat proza is een voortdurende mijmering. Het is een semi-heteroniem omdat het een ander is dan ik, maar een ander die niet zoveel verschillend is van mij, dan wel een verminking van mijn persoonlijkheid."
"De verschijning van Het boek der rusteloosheid mag wat mij betreft als een nieuwe mijlpaal beschouwd worden. [...] Er is vrijwel geen schrijver te bedenken die zozeer uitmunt in scheermesscherpe zelfkarakteriseringen, stuk voor stuk citabel." - Nicolaas Matsier in NRC Handelsblad
"Zijn Boek der rusteloosheid is een schepping van de eerste orde, een van de grote werken uit de wereldliteratuur." -T. van Deel in Trouw
"De naam van Pessoa dient te worden opgegomen in de lijst van grote universele kunstenaars, geboren in de jaren tachtig van de vorige eeuw -: Picasso, Joyce, Braque, Strawinsky, Chlebnikov, Le Corbusier." - Roman Jakobson