Marga Minco

Auteur • 3 boeken

Marga Minco (1920) groeide op in een orthodox-joods gezin. Tijdens de oorlog werden haar ouders opgepakt; zij wist te ontsnappen en bracht de oorlogsjaren op onderduikadressen door. Ze was de enige van haar familie die de jodenvervolging overleefde, haar ouders, broer en zus kwamen om. Deze ervaring bepaalde in hoge mate haar leven, alsook haar schrijven.

'Ik kom altijd weer op die periode '40-'45 terug, ik wil het vaak niet, maar die jaren hebben mij het hevigst aangegrepen.' En: 'Door te schrijven over mijn leven, heb ik aan mijn leven een bepaalde vorm gegeven. Ik houd mij nu aan die vorm. Ik zie mezelf door de ogen van de schrijver die ik ben geworden.'

Voor de Tweede Werldoorlog was Minco korte tijd journaliste, in 1957 verscheen haar debuut Het bittere kruid, een boek dat zowel in Nederland als daarbuiten grote weerklank vond en waarvoor zij de Multatuli-prijs ontving. In de loop der jaren werden er 400.000 exemplaren van verkocht en het werd vertaald in meer dan twintig talen. Hierna volgden Het huis hiernaast (1965), De andere kant (1959), Een leeg huis (1967), De val (1983), De glazen brug (1986, boekenweekgeschenk) en Nagelaten dagen (1996), alsook een aantal jeugdboeken. In 1999 ontving Minco de Annie Romein-prijs voor haar gehele oeuvre.

In 2005 verscheen haar verhalenbundel Storing. De onderwerpen zijn verschillend, maar de stijl is steeds onmiskenbaar die van Minco: ingetogen, precies, en een maximum aan zeggingskracht. Hoe afwisselend de verhalen ook zijn, vaak komen de oorlogsjaren in beeld: een opmerking of toevallige ontmoeting is aanleiding voor een herinnering, zoals in het verhaal December Blues, over een kortstondige verhouding tijdens de donkere bezettingsjaren. Het onvermogen om je eigen geschiedenis los te laten, dat is en blijft het grote thema in het werk van Marga Minco.