Wat bezielde de vrouw die haar lippen rood stiftte en in een museum in Frankrijk een volmaakt wit schilderij een kus gaf? Hoe voelt het om op een wolk te staan? Waarom noemde Marcel Duchamp zichzelf een ontsnappingskunstenaar? Kun je een roman over 'bestendig geluk' schrijven? Waarom vindt Marlene Dumas dat je een beetje bang moet zijn voor wat je zelf maakt? Bestaat er lichtgevend zwart? In welke straat maakt het heelal een bocht?
In Alles is gekleurd maakt Joost Zwagerman talrijke omzwervingen in de kunst, literatuur en popcultuur. Over de kopie als kunstvorm. Over Parijs versus New York. Over 'patiënt' Vincent van Gogh. Over God en de gewone man. Over de grappen van Nabokov. Over sabotage in de kunst. Over Hopper. Over Campert. Over het diamanten doodshoofd van Damien Hirst. Over het leed én het feest dat leven heet. En over nog veel meer, met als verbindend motto het korte gedicht van K. Schippers: 'Als je goed om je heen kijkt / zie je dat alles gekleurd is.'
Joost Zwagerman publiceerde meer dan vijfentwintig boeken, waaronder de romans Vals licht en De buitenvrouw. Zijn vorige essaybundel Transito bereikte de shortlist van de AKO Literatuurprijs. In 2008 ontving hij voor zijn gehele oeuvre de Gouden Ganzenveer.