Ruim een jaar na de door Pim Fortuyn ontketende kiezersopstand van 15 mei 2002 lijkt de politiek grotendeels teruggekropen in zijn Haagse schulp. Was het fortuynisme dan niet meer dan een boze droom? Kan het in de herinnering worden bijgezet als een populistische oprisping die wel een kortstondige massahysterie maar gelukkig geen blijvende schade heeft veroorzaakt? Was het zogenaamde 'gedachtegoed' van onze 'polder-Mussolini' niet meer dan een samenraapsel van ideeën, slechts bijeengehouden door rancuneuze zelfoverschatting en een niets ontziende wil tot de macht?
De geest van Pim beschrijft de ontwikkeling en de betekenis van Pim Fortuyn als politieke en media-intellectueel, vanaf zijn Groningse jaren tot en met de LPF-campagne en de moord. Het boek laat zien hoe de bekende thema's uit zijn politieke campagne zich gevormd hebben gedurende een lange intellectuele en politieke ontwikkeling. Dick Pels betoogt dat de werkelijke uitdaging van het fortuynisme nog onvoldoende is aangegaan en dat de ernst van de populistische kritiek op het politieke establishment nog niet in zijn volle omvang is erkend. Zo komt hij tot een evaluatie van Fortuyns politieke erfenis: welke denkbeelden en stijlelementen zijn interessant voor een nieuwe politieke cultuur en welke moeten worden bekritiseerd of bestreden?
Dick Pels was tot voor kort hoogleraar sociologie aan Brunel University in Londen en is nu werkzaam als freelance publicist. Zijn huidige onderzoek richt zich vooral op de opkomst van de celebrity-cultuur in politiek, bedrijfsleven en wetenschap. Hij schreef onder andere Macht of eigendom? Een kwestie van intellectuele rivaliteit (1987) en Het democratisch verschil. Jacques de Kadt en de nieuwe elite (1993).'